Ik zit in een visieuze cirkel , ik begin bij mijn bureau opruimen, dan stukje kast, volgende deel kast, nog deel, en laatste deel, [onderhand wordt mijn bureau al beetje rommel] dan bij mijn bed [bureau is weer rommel , bovenstukje van mijn kast begint] dan mijn kledingkast [iets meer rommel weer in mijn kast] dan onder mijn burea [bureau en kast zijn rommel] dan het laatste stukje van mijn kamer [enzovoort]